Waarom is de ene wijn sterker dan de ander?

De ene wijn is de andere niet, dit geldt niet alleen voor de geur, kleur en smaak maar ook zeker voor het alcoholpercentage. Maar wat bepaalt nou die sterkte van de wijn en wat merk je aan de smaak. Wij leggen het overzichtelijk uit.

Laag alcoholpercentage (minder dan 10%)

Deze zijn vaak licht en zoet. Als bij het wijn bereiden het alcoholpercentage is bereikt, stopt de gisting. De suikers zijn dan nog niet geheel uitgegist, waardoor er restsuikers overblijven die de wijn een zoete smaak geven.

Laag tot gemiddeld alcoholpercentage (10% tot 11,5%)

Deze worden gemaakt van minder zoete druiven en komen vaak uit koelere gebieden, zoals Duitsland of Frankrijk. Ook een mousserende wijn kan tot die categorie behoren. De druiven zijn dan eerder geplukt om bubbels te kunnen garanderen.

Gemiddeld alcoholpercentage (11,5% tot 13,5)

Dit is de meest voorkomende wijnsoort in Europa. Goed om te weten is dat de Amerikanen er wel pap van lusten, deze wijnen vallen daar onder een laag tot medium alcoholpercentage. In deze categorie vallen ook champagnes.

Medium tot hoog alcoholpercentage (13,5% tot 15%)

Dit zijn wijnen uit landen met een warm klimaat. Denk aan Spanje, Argentinië en grote delen van Italië. Druiven die gedijen in een warmer klimaat zijn vaak zoeter. Deze zorgen dan voor een hoger alcoholpercentage in wijnen.

Hoog alcoholpercentage (meer dan 15%)

Dit zijn de zogenaamde dessertwijnen zoals Port en zijn vaak versterkt met Brandy. Ook zijn er wijnen die van zichzelf een alcoholpercentage van 15% of hoger hebben. Echter zijn deze erg zeldzaam. Officieel mag je deze ook geen wijn noemen.

Duidelijk?

Mooi! Je kunt dan nu een voorraad gaan opbouwen in je wijnrek met alle soorten wijn. Succes!